Vanaf 14 februari wordt het een gezellige beestenboel bij ons, want dan start het thema “dieren”. Elke week zullen we een andere dierengroep behandelen. Zo bespreken o.a. de huisdieren en de boerderijdieren. Alle kinderen mogen gedurende het thema een knuffel voorzien van naam meenemen naar de groep. Deze mag tijdens het thema op de groep blijven. Ook mogen kinderen een foto meenemen van hun huisdier.
Wat gaan wij doen?
- We gaan de taalontwikkeling stimuleren en de woordenschat verbreden door samen met de kinderen liedjes over dieren te zingen en boekjes te lezen. Dit herhalen we meerdere keren, zodat kinderen het goed in zich op kunnen nemen en de klanken en woorden mee kunnen zingen.
- We gaan voelen aan verschillende stoffen en knuffels. Wat voelen de kinderen? Is het hard of zacht? Ook maken we gebruik van natuurlijke producten zoals water en aarde. Hoe voelt dat?
- Samen gaan we ook veel bewegen. We gaan de bewegingen van dieren na doen om zo de motorische ontwikkeling te stimuleren.
- Natuurlijk gaan we ook knutselen om zo de fijne motoriek te stimuleren.
Wat kunt u thuis doen?
- Lees samen boekjes over dieren. Jullie kunnen samen in de bibliotheek speuren naar leuke boeken over dieren.
- Ga er eens op uit, wandel of fiets samen naar een weiland vol koeien, de kinderenboerderij of langs een vijver met eendjes. Je kindje vindt het vaak erg leuk en spannend om de dieren in levende lijve te mogen bekijken en als er dan nog een dier geaaid mag worden op bijv. de kinderboerderij dan is het natuurlijk helemaal feest.
- Via internet kun je veel filmpjes over dierengeluiden vinden. Kijk en luister samen maar naar wat de dieren doen. Je kan hierbij ook spelen met het volume van de tv (of radio als je enkel voor het geluid gaat) Je zal merken dat baby aandachtig ligt te luisteren als je het geluid wat zachter zet. Zorg er wel voor dat baby niet teveel afleiding heeft doordat er veel speelgoed rondom hem ligt en dat baby goed wakker is. Als hij moe is zal hij dit niet zo leuk vinden of gewoon lekker in slaap vallen en dat mag natuurlijk ook.
- Voor peuters kun je bij de dierengeluiden een bingo maken. Print of teken van te voren de dieren op papier. Je peuter kan dan tijdens het luisteren de juiste dieren omcirkelen. Zet tussendoor het fragment even op pauze zodat de peuter rustig kan zoeken naar het juiste dier.
- Misschien heb je zelf wel dieren. Laat baby maar, in de mate van het mogelijke, kennis maken met hen, een ietwat oudere baby kan je misschien laten helpen met eten geven.
- Print wat foto’s van dieren en hun jongen. Plak ze op papier en lamineer het eventueel. Kent je kindje al de naam van het jong en hun moeder? Welk geluid maakt welk dier? Je kan dieren geluiden laten horen en vragen welk dier het is, of jij zegt het dier en je kindje kan het geluid nadoen.
Boekentips:
- Babydieren.
- Ik ben Kikker.
- We hebben er een geitje bij.
- Bobbi op de kinderboerderij.
Liedjes en versjes:
Olifantje in het bos
Laat je mamma toch niet los
Anders raak je de weg nog kwijt
En dan heb je straks nog spijt
Olifantje in het bos
Laat je mamma toch niet los
Olifantje in het bos
Laat je mamma toch niet los
Anders raak je de weg nog kwijt
En dan heb je straks nog spijt
Olifantje in het bos
Laat je mamma toch niet los
Woorden:
Ook in dit thema werken we weer aan de uitbereiding van de woordenschat. Hieronder een selectie van de woorden die spelenderwijs aan bod komen:
- Hard, zacht, aaien, knuffelen, voelen.
- Het kalfje, het lammetje, het biggetje, het kuikentje, de puppy, het veulen.
- De eend, de gans, het konijn, de cavia, de pauw, de geit, het paard, de ezel.
- De tijger, de olifant, de aap, de leeuw, de slang, de zebra.